Peter van Dam: ‘Ik vreesde dat ik nooit weer zou voetballen’
Peter van Dam (22 jaar) is hard op weg om zijn plaats in het eerste elftal van vierdeklasser Middelstum te heroveren. In juli 2022 leek voetballen op niveau verder weg dan ooit. De geboren en getogen Toornwerder botste op een tegenligger, die op de Stedumerweg in de buurt van Loppersum foutief de binnenbocht nam. Na een pittige revalidatie en de aanvankelijke vrees dat hij nooit weer zou voetballen, is hij echter bijna weer terug op het niveau van voor het ongeval. In het met 3-1 verloren duel tegen HS ’88 maakte hij zijn eerste minuten.
door Kees Bouma
Nog maar net bekomen van de mislukte poging om met Middelstum naar de derde klasse te promoveren, overkwam Van Dam iets dat veel meer impact op zijn leven had. Na de botsing op die beruchte middag in juli vloog de auto van de pechvogel in brand. Hij wist er snel uit te komen en werd met een ambulance naar het ziekenhuis gebracht. Daar constateerde men dat een knieschijf doormidden lag, dat hij een breuk in zijn hand had en er een teen uit de kom was geschoten. Van Dam werd van zijn enkel tot aan de lies in het gips gezet. Je kunt de jongeling met een gerust hart een toonbeeld van wilskracht en doorzettingsvermogen noemen. En zo staat hij ook in het leven. Zijn motto is dat je altijd positief vooruit moet blijven kijken. Die instelling kon hij na afgelopen zomer goed gebruiken.
Het voorval moet een behoorlijke impact op je hebben gehad.
‘Ja, mijn hele lichaam was gekneusd door de klap. Ik sliep aanvankelijk slecht en moest de botsing uiteraard ook geestelijk verwerken. Voetbal leek toen even ver weg.’
En dat voor een echte liefhebber die al op jonge leeftijd aan het spelletje verknocht was geraakt?
‘Klopt, op mijn vijfde trapte ik al tegen een bal aan. Mijn vader, die zelf ook gevoetbald heeft, vond het toen hoog tijd worden. Ik heb altijd bij Middelstum gespeeld en kwam op mijn 17e bij het eerste.’
Hoe verliep de revalidatie?
‘Ik heb niet lang in het ziekenhuis gelegen, want ik had geen inwendige kwetsuren. Thuis moest ik eerst genezen van de breuken en de klap. In het begin vreesde ik wel dat ik niet meer zou kunnen voetballen. De arts zei toen ook, dat we dat nog moesten afwachten. Na een maand zag het er echter aardig goed uit en kon ik bij de fysiotherapeut aan de slag.’
Wat maakt jou tot een goede voetballer voor het eerste elftal?
‘Vroeger stond ik vaker op het middenveld, maar had ik niet altijd een basisplaats. Daarna kwam ik centraal achterin te spelen. De nieuwe trainer Jelmer Meinardi, die ons heel goed bevalt, zag dat ik wel veel loopvermogen heb en zette mij rechtsback. Sindsdien speel ik vrijwel alles.’
‘Revalidatie was mentaal zwaarder dan fysiek’
Je traint bij Fysio-sportief in Groningen?
‘Ja, het zijn aardige gasten daar en ze spraken direct het geloof uit in mijn herstel. Maar zo’n traject is niet gemakkelijk. Je bent het vertrouwen in je lichaam kwijt. In mijn specifieke geval gold dat zeker voor mijn knie. Ik heb wel wat blijvende schade, maar kan werken en voetballen. Ik heb er hard voor moeten knokken. Drie keer per week naar de therapeut. Je kracht is weg en die opbouw duurt wel even. Als je uit het gips komt, begint het eigenlijk pas. Mentaal vond ik het eigenlijk zwaarder dan fysiek.’
En hoe ver ben je nu?
‘Ik ga nog steeds naar de fysio. De knie is lang stijf geweest en de spieren er om heen moeten weer sterker worden. Net voor de kerst ben ik een beetje mee gaan doen met de ploeg. Zaterdag 16 januari heb ik al een helft meegespeeld met het eerste elftal. Het ging nog niet zoals ik wilde, maar het begin is er.’
De Toornwerder werkt bij een bouwbedrijf en woont nog bij zijn ouders. Sinds december is hij weer met werken begonnen, deels op kantoor, deels in de buitendienst. Op dit moment werkt hij drie dagen, de bedoeling is dat weer op te bouwen tot fulltime. Je maatschappelijke carrière is uiteraard belangrijker dan je sportieve loopbaan, maar denk en verwacht je dat je als voetballer ooit weer op je oude niveau terug kunt keren?
‘Uiteraard hoop en verwacht ik wel dat dit het geval is, maar zekerheid daarover is er niet. Zoiets kan ik nu niet inschatten. Het valt namelijk niet te zeggen hoe het er over een paar jaar uitziet.’
Middelstum is zijn club en als hem gevraagd wordt wat het tot een fijne vereniging maakt en wat er dit seizoen nog mogelijk is, roemt Van Dam de saamhorigheid. ‘Die is groot, door alle elftallen heen. Het is echt een club, geen losse groepen. En wat het eindresultaat betreft? We kunnen de top wel uit het hoofd zetten, maar de derde of vierde plek is nog best mogelijk. Ik denk dat Mamio de grootste kans maakt om kampioen te worden.’
Heb je buiten het voetbal om nog andere hobby’s?
‘Snowboarden, doe ik graag. Dat ga ik in februari weer proberen. Ik hou van alle sporten met een bal en mijn favoriete club in Nederland is natuurlijk FC Groningen.’