Ost-Friese voetbalclubs wijken maar wat graag uit naar het kunstgras van bijvoorbeeld NEC Delfzijl om daar hun oefenwedstrijden te spelen. In de afgelopen jaren zijn er al talloze duels afgewerkt. En toch is er regionaal gezien weinig bekend over het hoe en waarom verenigingen van onze Oosterburen met veel liefde en enthousiasme, met name in de winter, in de Noord-Groninger havenplaats neerstrijken. Mario Rauch uit Leer doet uit de doeken hoe dit voetbaltoerisme tot stand is gekomen.

Rauch is tweede voorzitter van SV Borussia Leer en heeft veel contacten binnen het Nederlandse amateurvoetbal. Hij kan wel genoemd worden als zijnde de aanjager van het organiseren van oefenwedstrijden in Delfzijl. ‘In ons gebied werden iedere winter veel verenigingen met afgelastingen geconfronteerd. Omdat ik het Nederlands amateurvoetbal vrij goed ken, ben ik over de grens heen gaan kijken naar mogelijkheden om oefenwedstrijden van clubs uit bijvoorbeeld de regio Weener en Bunde buiten Duitsland te organiseren.’ Hij had gelezen dat NEC Delfzijl over meerdere kunstgrasvelden beschikte en besloot een lijntje uit te gooien. ‘Ik moet zeggen dat men bij NEC Delfzijl erg enthousiast op het idee reageerde. Binnen de eigen gelederen keken ze me eerst wel raar aan omdat het een klein uur reizen was, maar al snel bleek dat niemand daar problemen mee had.’ De eerste Nederlands-Duitse confrontatie zou plaatsvinden tussen VfL Germania Leer en NEC Delfzijl. Dat feestje ging, vlak na de opening van de kunstgrasvelden, op het laatste moment niet door omdat de Delfzijlsters voor de eer moesten bedanken. Dankzij de hulp van Antoon Velis, de wandelende voetbalalmanak van de havenplaats, kon er echter een andere tegenstander geregeld worden.

Het aantal kunstgrasvelden is de laatste jaren ook bij de Oosterburen toegenomen, maar desondanks blijven Duitse clubs de grens oversteken om in Delfzijl de voetbalschoenen aan te trekken. ‘Ja, er waren andere verenigingen die niks konden doen en er lucht van kregen dat VfL Germania Leer iedere week onder perfecte omstandigheden in Delfzijl kon oefenen. Zoiets spreekt zich snel rond en toen is het balletje pas goed gaan rollen’, vertelt Rauch. Inmiddels zijn het al lang niet meer de clubs uit het grensgebied die de Nederlandse kant van de Emstunnel opzoeken. Ook teams uit Emden, Cloppenburg en bijvoorbeeld Aurich weten waar ze zonder veel problemen kunnen spelen als het in eigen huis even niet lukt.

Rauch is zeer lovend over het contact met NEC Delfzijl en dan met name in de persoon van wedstrijdsecretaris Antoon Velis. ‘Ik ken hem nu zo’n beetje negen jaar. We hebben sinds die eerste wedstrijd veel contact met elkaar gehouden en ik kan wel zeggen dat daar een vriendschap uit is ontstaan. We houden ons nu beiden bezig met het organiseren van oefenduels. Ik kan wel zeggen dat we van onze kant erg tevreden zijn over de manier waarop we door NEC Delfzijl worden ontvangen. Het is een prima club met een prachtig complex en de mensen zijn er erg vriendelijk.’

Een nieuwe mijlpaal in dit bijzondere verhaal is wel dat VfR Heisfelde afgelopen zondag niet tegen een Nederlandse club oefende, maar een competitiewedstrijd afwerkte tegen Sportverein Nortmoor. Qua niveau te vergelijken met de derde klasse van het Nederlands amateurvoetbal. Het duel tussen de nummers zeven en elf uit de Ostfrieslandklasse A St. 1 eindigde in een 0-4 zege voor  SV Nortmoor. Intussen weten ze ook in Vlagtwedde wat het is om Duitse verenigingen op visite te krijgen. Antoon Velis vindt die ontwikkeling prima. Sterker nog, hij zou het toejuichen als meer verenigingen met kunstgras de stap nemen om hun Duitse buren te ontvangen (foto: Mario Rauch).