Jeroen de Groot: ‘Ik had ON voor geen enkele andere club verlaten’

Jeroen de Groot, officieel nog trainer van de reserves van het stad-Groninger Oranje Nassau, keert terug op het oude nest. De geboren Drent wordt de nieuwe trainer van vierdeklasser Poolster uit Spijk. Hij volgt in die functie Jaap Danhof op die zijn heil bij competitiegenoot SV De Heracliden zoekt. Ondanks het feit dat De Groot ook bij Oranje Nassau had kunnen blijven, zei de oud-voetballer van de geelzwarten toch ja tegen Poolster.

Jeroen de Groot kwam in Hoogeveen ter wereld, maar heeft het verblijf in het Drentse niet bewust meegemaakt. Hij was namelijk nog maar zes maanden jong toen het gezin naar Spijk verkaste. Op het moment dat hij in Groningen studeren, besloot de toen 23-jarige ook maar in de stad te gaan wonen. Momenteel werkt hij op het Terra in Eelde, een VMBO-school van ongeveer vijfhonderd leerlingen. ‘Ik fungeer daar als leerlingcoördinator en geef daarnaast aan twee klassen geschiedenisles. Op dit moment zit ik in mijn achtste jaar op deze school en heb het nog steeds enorm naar mijn zin.’

Tot en met het afgelopen seizoen voetbalde De Groot in de hoofdmacht van Poolster. Tijdens die voetbaljaargang bereikte hij de leeftijd van 34 jaar. Voor zichzelf had hij eigenlijk al besloten dat hij trainer wilde worden en ja, dan komt er een moment dat je er mee moet starten. Een gemakkelijke keus was het niet om met voetballen te stoppen.

‘Zelf voetballen vond ik op dat moment nog steeds fantastisch maar uiteindelijk moet je een moment kiezen dat je er mee stopt. Wanneer dat ook geweest zou zijn, het blijft gevoelsmatig een niet te nemen beslissing. Tot dat moment stond iedere week voor mij in het teken van ‘zaterdagmiddag 14.30 uur voetballen’. Als trainer is dat natuurlijk nog steeds zo maar de wedstrijdspanning heeft een andere vorm. De motivatie was op mijn 34e niet anders dan op mijn 24e. Wel merkte ik dat mijn lichaam anders reageerde op wedstrijden. Heel wendbaar ben ik niet en dat werd in de laatste jaren niet beter. Ik wilde in ieder geval stoppen voordat een trainer me eruit zou moeten halen omdat ik het niveau niet meer aan kon. Al met al hebben we met wat generatiegenoten besloten om er een punt achter te zetten. Overigens heeft de huidige selectie op een fantastische manier afscheid van ons genomen.’

Het einde van zijn voetbalcarrière leek zich al eerder aan te dienen toen hij in een gespeelde nacompetitiewedstrijd tegen Godlinze zijn kruisbanden scheurde. De Groot knokte zich echter terug, revalideerde een jaar en speelde nog drie seizoenen. Frappant is wel dat hij een maand nadat hij een punt achter zijn carrière had gezet zijn andere kruisband afscheurde tijdens een zomeravondtoernooi. ‘Het trainen geven lukt prima maar zelf voetballen zoals eerder zit er überhaupt niet meer in’, zegt de Stadjer.

Als hem gevraagd wordt wat zijn hoogte- en dieptepunten uit de Poolster-periode zijn geweest, somt hij promoties op maar ook een kampioenschap met De Pelikanen. ‘Met Poolster zijn we, via de nacompetitie, drie keer van de vierde naar de derde klasse gepromoveerd. Onstwedder Boys, SC Angelslo en Godlinze zijn clubs die voor mij altijd een bijzondere smaak houden. Alle drie de seizoenen waren fantastische avonturen op zich. Daarnaast wil ik ook genoemd hebben dat het kampioenschap met De Pelikanen een enorm gaaf moment geweest is.’

Hij zou een heel arsenaal aan wedstrijden kunnen opnoemen waarvan hij nog steeds kippenvel krijgt, maar komt verrassend genoeg uit bij een van zijn eerste competitiegoals. ‘Van Gezienus Uilhoorn mocht ik een vrije trap nemen tegen VVK op een belangrijk moment. Thuis, op ons favoriete doel, veel publiek en ik was 18 jaar. Toen die bal tegen de touwen vloog… Dat heeft zoveel indruk op me gemaakt. In het seizoen 2012/2013 wonnen we uit van het ‘grote’ Eems Boys met 0-2 en stonden we na de eerste fase in de competitie op de vierde plek in de derde klasse. Qua ranglijst hebben we denk ik nooit hoger gestaan, dus ook dat was zeker bijzonder.’

Dieptepunten zijn er uiteraard ook geweest. De Groot: ‘In principe heb ik evenveel degradaties als promoties meegemaakt en de gescheurde kruisbanden tijdens de promotiewedstrijd tegen Godlinze waren niet bepaald lichtpuntjes. En toch leverde het tweegevecht met de Glinzers weer een hoogtepunt op, want aan het eind van de route was promotie een feit. Een dieptepunt was ook dat ik de beslissingswedstrijd tegen SC Angelslo niet mee heb mogen doen door een domme gele kaart die ik in de eerste wedstrijd had gekregen.’

De stap van voetballer naar trainer diende zich aan. Mede door toedoen van Erwin Heerlijn, de huidige hoofdcoach van Oranje Nassau, kwam De Groot met de technische commissie van de eersteklasser in gesprek. ‘Erwin Heerlijn, die ik in eerste instantie van mijn studie ken, heeft ons in het beginstadium in contact gebracht. Op dit moment volg ik de cursus UEFA C en ik loop mijn stage ook bij hem. Ik wil gezegd hebben dat het echt een unieke kans is geweest om zelf de verantwoordelijkheid te mogen hebben voor de reserves van Oranje Nassau en daarnaast in alles te delen wat het eerste team van ON aangaat. Erwin Heerlijn, Marshall Pourier, Jan van der Zweep en ik hebben heel erg veel contact en ik moet zeggen dat ik me geen betere leeromgeving had kunnen wensen.’

De Groot kan zich moeilijk voorstellen dat hij ooit weer van zo dichtbij zo’n goeie trainer gaat meemaken. ‘Erwin Heerlijn is de perfecte match tussen het hebben van voetbalinhoud, het zijn van een sociaal mens en bezeten te zijn van het spelletje. Daarnaast is Oranje Nassau een warme vereniging waar ik me erg gewaardeerd voel. Er is een goede mix tussen ambitieus en resultaatgericht zijn en daarnaast ook de functie bekledend als sociale ontmoetingsplek.’

En toch besloot hij Oranje Nassau voor Poolster te verruilen en doemt de vraag op wat hem tot die stap heeft bewogen. Is het wellicht toch een vorm van heimwee? ‘Het bestuur van Poolster nam contact met mij op of ik Jaap Danhof wilde opvolgen. Dat is op zich al een ding, maar er speelt toch iets anders mee. In principe had ik bij Oranje Nassau kunnen blijven en ik had die club ook voor geen enkele andere vereniging verlaten. Het is ook niks ten nadele van Oranje Nassau want ik ben ze heel erg dankbaar voor de afgelopen periode. Poolster zit echter in mijn hart. De mogelijkheid dat ik daar als hoofdtrainer aan de slag kan vind ik enorm gaaf en bijzonder. Daarnaast hoop ik dat ik in z’n totaliteit iets voor de vereniging kan betekenen.’

Die laatste opmerking is niet zo’n vreemde, want ondanks dat hij ‘net’ geen twintig jaar in het eerste elftal van Poolster heeft gespeeld, kan rustig gesteld worden dat hij een aardig inkijkje in het Spijkster voetbal heeft en wat hij van het niveau vindt. ‘Dat is maar net waartegen je het afzet. In de periode dat ik zelf speelde hebben we momenten gekend dat we voor derde of vierde klasse begrippen best aardig voetbal speelden. Dat zal nu niet anders zijn. Welke resultaten dat met zich meebrengt hangt van veel factoren af. Het niveau is geen op zich staand doel. Als speler en als trainer moet je op ieder moment bekijken of je de potentie van een groep zo optimaal mogelijk benut of dat je hier in ieder geval een poging toe doet. Dat is de kunst.’

Op de vraag of het een fikse aderlating geweest dat behalve hij ook jongens als Erik Rentema en broer Johan (zie foto) niet meer voor het eerste beschikbaar waren, zegt De Groot: ‘ Het zou gek zijn om te zeggen dat dat geen effect heeft gehad. Niet eens alleen op het gebied van kwaliteit maar ook gewoon in de aantallen. Binnen een club als Poolster staan de eerste elftal-spelers niet in rijen te wachten. Dit seizoen heb ik natuurlijk weinig gezien dus ik kan weinig zeggen over hoe dat op het veld tot uiting komt.. Wel weet ik dat er nog steeds een jonge gretige groep aanwezig is met genoeg voetbalpotentie en dat deze prima begeleid worden door een uitstekende trainer.’

Hoe het komende voetbaljaar er uit gaat zien, is nog een groot vraagteken. De corona-crisis laat in alle geledingen van de maatschappij zijn sporen na. De sportwereld ligt in zijn totaliteit op de rug, de voetbalamateurs zijn nu al klaar met het seizoen. De Groot heeft alle begrip voor het besluit om de competitie stil te leggen. ‘Het is een logisch besluit. De prioriteit van het land is nu van een totaal ander niveau. Natuurlijk is het zonde dat het seizoen op deze manier stopt. We hadden ons met ON graag op eigen kracht gehandhaafd in de reserve-hoofdklasse. De voorbereiding van Poolster zal er nu waarschijnlijk ook iets anders uitzien. We zijn al bezig met het maken van een programma voor de maand juni. Nu is het nog lastig in te schatten wat we op dat moment kunnen. Mochten we dan weer het veld op kunnen, dan zullen we daar zeker gebruik van maken.’

Het valt dan ook niet mee om de Poolster-coach nu al naar zijn verwachtingen te vragen. ‘Het is lastig om concreet aan te geven wat qua resultaat de doelstellingen zouden moeten zijn. We moeten met z’n allen steeds toetsen of je de aanwezige potentie optimaal benut. Niet alleen op voetbalgebied, maar ook op onderlinge relaties en structuur binnen de club. Natuurlijk hoop je uiteindelijk een keer hoog te eindigen in de vierde klasse en wie weet mee te mogen doen om een promotie. Maar dit is voor mij geen doel op zich. Het zou mooi zijn wanneer Poolster een gezonde selectietak ontwikkelt waaraan een eerste, tweede en JO-19 aan gekoppeld zijn met gemotiveerde trainers en een bereidheid om er met z’n allen energie in te steken. Ik hoop dat ik hierin een behoorlijke rol kan vervullen.’

De Groot kent veel spelers in Spijk. Dat zou een voordeel moeten zijn als je aan je eerste klus als trainer van een eerste selectie begint. ‘Deze vraag krijg ik veel gesteld. Ik weet zeker dat het een voordeel is wanneer je mensen goed kent. Op het moment dat iemand ergens helemaal nieuw begint is een vaak gehoorde tekst: ‘Nou we moeten elkaar eerst maar even leren kennen.’ In veel gevallen heb ik deze stap al gemaakt. Daarnaast kom ik uit een werkveld waar ik ben getraind om keuzes die over de zaak gaan, voetbal in dit geval, niet persoonlijk te maken. Ongetwijfeld zal ik een keer een keuze moeten maken die niet positief uitvalt voor iemand terwijl ik daar ooit teamgenoot van geweest ben. Ik moet zeggen dat ik daar niet zo bang voor ben en dat je dat soort ‘gesprekken’ juist beter kan voeren wanneer je elkaar wat beter kent.’

Hoe hij als voetballer was is algemeen bekend. Een leider/aanvoerder in het veld en een teamspeler met overzicht en rustig aan de bal. Iemand die een compleet andere trainer verwacht, komt bedrogen uit. ‘Ik denk dat ik als trainer niet heel anders ben. Het is de kunst om als trainer uit de emotie te blijven en steeds te analyseren wat er gebeurt en hierop te handelen. Nu moet ik zeggen dat dat natuurlijk niet altijd lukt en dat het ook wel eens fijn is om je emoties gecontroleerd de vrije loop te laten. Af en toe is dit zelfs nodig. Waarin ik als trainer lijk op hoe ik als speler was, is dat ik betrokken ben en dat ook wel van mijn omgeving verwacht.’

De kans dat hij broer Johan naar de eerste selectie terug zal halen, is te verwaarlozen, zoals hij ook geen heil ziet in het aantrekken van spelers buiten de club. ‘Binnen de cultuur van Poolster past het niet dat je spelers van buitenaf gaat halen. Vaak is dat ook korte termijnbeleid. Het streven moet zijn om met zelf opgeleide jongens een stabiel eerste en tweede elftal te vormen. Er lopen bij Poolster genoeg jonge jongens rond die hier een belangrijke rol in kunnen en moeten spelen. Een rentree van Johan is zo’n voorbeeld van denken op korte termijn. Daar komt nog bij dat ik weet dat zijn eerder genomen besluit een definitieve is.’

Als laatste wil Jeroen de Groot nog kwijt dat hij Jaap Danhof veel succes wenst bij zijn nieuwe club SV De Heracliden en verder hoopt hij dat iedereen in deze bizarre tijd gezond blijft. ‘Hopelijk kan er snel weer over voetbal gesproken worden alsof dat het allerbelangrijkste is.’

No Replies to "Jeroen de Groot: 'Ik had ON voor geen enkele andere club verlaten'"