Het duel tussen thuisclub Omlandia en het bezoekende NEC Delfzijl is geëindigd zoals hij was begonnen. De enige cijfers op het elektronische scorebord die af en toe versprongen, waren die van de gespeelde minuten. Doelpunten vielen er namelijk niet op het Ten Boerster sportpark en dat mocht Omlandia zich nog het meest aanrekenen. De gastheren verzuimden met name voor de rust om de Delfzijlsters pijn te doen.

Voor beide teams stond de druk er voor de aftrap vol op. In de achterliggende competitieduels hadden ze twintig punten weten te verzamelen. NEC Delfzijl had daar zelfs een wedstrijd meer voor nodig dan de witblauwen. In de strijd tegen rechtstreekse degradatie of de veroordeling tot het spelen van nacompetitie, was wel iets meer nodig dan een remise. Het gat met de veilige achtste plek, ingenomen door SC Loppersum, bedroeg voor de aftrap zes punten. Zowel Omlandia als NEC Delfzijl had een week eerder verrassend weten te winnen en dus waren de verwachtingen hooggespannen. De doorgewinterde liefhebbers kwamen echter bedrogen uit. Het werd, ondanks dat er veel op het spel stond, allesbehalve een spektakel op het terrein aan de Sportlaan.

NEC Delfzijl had na de eerste aftrap van de middag de wind in de rug en ging er energiek in. De Havenkanters speelden met name voor de rust erg onrustig. Dat had voor een groot deel ook te maken met de speelwijze van Omlandia, dat zich veel liet inzakken. De gasten wisten zich geen raad met het zeer georganiseerd spelende Omlandia, dat het spel soms heel gemakkelijk wist te verplaatsen. De wil was er wel bij de Havenkanters, maar het vernuft ontbrak om een gaatje in de defensie van Omlandia te vinden. En dat zal ook weer met de samenstelling van het jonge team te maken hebben gehad. Zij missen nog de ervaring om daar een oplossing voor te verzinnen. Het op het juiste moment diep gaan of de bal op te eisen. Voorin wist NEC Delfzijl amper een vuist te malen.

De eerste dertig minuten van de eerste helft viel er overigens voor beide doelen weinig te beleven. De eerste opwinding ontstond voor de dug-out van NEC Delfzijl, toen Ten Boerster Maurice Jonkman er even hard invloog bij Devante de Windt. Jonkman mocht blij zijn dat arbiter Bouw een en ander met de mantel der liefde bedekte. Niet veel later was de zondaar alsnog de klos toen hij niet bij een uittrap van doelman Devon Harmsma wist te komen en de bal daarom met de hand meende te moeten stoppen. Die actie kwam hem op geel te staan. Die kleur prent zag ook Wilbert Lambeck te zien toen hij Omlandiaan Wouter Hoek tegen het gras had gekwakt. Wat dat betreft stond het dan ook weer gelijk. De eerste dreigende actie kwam op naam van de thuisclub. De bal werd voor het doel van Bas Westerhuis gebracht, maar kon niet voldoende door Ruben Meijer worden geraakt om de supporters op de banken te krijgen. Bodhi Prenger was de volgende die het mocht proberen. Hij draaide zichzelf knap vrij in de zestien meter van NEC Delfzijl, maar zag zijn inzet over de deklat vliegen. Met nog vijf minuten te gaan in het eerste bedrijf was het Remco Bolhuis die teammaatje Stefan Nieboer de kans bood om uit te halen. Hij draaide zich knap vrij, maar strandde op de knuisten van goalie Bas Westerhuis. Shaimo Hooi dacht er eerder ook nog tussenuit te kunnen knijpen, maar een handsbal voorkwam dat hij de weg richting goalie Devon Harmsma kon inslaan. En dus gingen beide ploegen de kleedkamers in om zich wat op te warmen en een strijdplan te bedenken voor de volgende drie kwartier.

Bij NEC Delfzijl maakten Dion Zimmerman en Brend Hansen hun opwachting. Zij kwamen in de plaats van Shaimo Hooi en Djael Tualena. Het had er alle schijn van dat de gasten wat beter in de wedstrijd kwamen te zitten en ze kregen na 52 minuten zowaar een kans. Na een corner van Devante De Windt was het Dion Zimmerman die naar de eerste paal kwam en de bal van dichtbij over de deklat tilde. Een zevental minuten later werd het blik met wissels ook aan Ten Boerster kant opengetrokken. Robbert Veldman kwam binnen de lijnen voor Remco Bolhuis. Veldman stond koud in het veld toen hij Maurice Jonkman de kans bood om Bas Westerhuis te verschalken, maar de goalie roste de bal knap uit de bedreigde hoek. Een vlammend schot van Ruben Meijer had niet veel later een beter lot verdiend. De bal vloog over het doel van de Delfzijlsters en het scheelde maar weinig of Meijer had wat jeugdige supporters van de thuisclub boven uit de hekken geschoten.

Met het inbrengen van Erwin Noordhoff hoopte coach Roy Kamps nog wat meer gewicht in de aanval te kunnen leggen. Hij haalde daarvoor middenvelder Bas Boersema naar de kant. Zijn collega Schuil reageerde met een dubbele wissel. Brian Drevel en Jan Oosterbeek mochten komen opdraven. Stefan Nieboer en Bodhi Prenger kropen in de dikke jassen. Na driekwart wedstrijd leek Wouter Hoek op weg nar iets wat waarschijnlijk een voorzet had moeten worden. Hij stond al op de achterlijn, wist het leer ook nog wel voor het doel te krijgen, maar kennelijk begreep niemand van zijn teamgenoten wat hij nou met die actie probeerde te bewerkstelligen. Aan de overzijde van het veld was Omlandia nog druk bezig met het formeren van een muur toen Dion Zimmerman het lang genoeg vond duren en de bal laag over de grond op doel schoot. Devon Harmsma was op zijn hoede. Hij kreeg enkele minuten later de schrik van zijn leven toen hij een voorzet van Joost Kombrink onschadelijk dacht te maken maar op zijn huid werd gezeten. De bal schoot door, maar er kon niemand van NEC Delfzijl bereid worden gevonden om het leer tegen het nylon te schieten.

Bij beide teams sloop steeds meer de twijfel naar binnen wat ze nou moesten doen. Zonder pardon aanvallen en hopen dat hij een keer goed zou vallen, of toch maar met de handrem er op en dan maar op een remise aansturen. Hinken op twee gedachten is nooit goed en dat was ook aan het spel in de resterende minuten te zien. En toch zou er nog een kans komen om het scorebord in beweging te krijgen. Vanaf de linkerkant werd de bal in de 85e minuut door Maurice Jonkman in het strafschopgebied van de Delfzijlsters gepompt. Er kwamen heel wat benen aan te pas in een poging om de punten toch nog in Ten Boer te houden, maar het gewenste resultaat bleef uit. En zo eindigde het treffen in de stand die niemand vooraf wilde en waar beide teams geen sikkepit mee opschoten. Een geluk bij een ongeluk was nog dat na het laatste fluitsignaal duidelijk werd dat SC Loppersum van slotlicht Niekerk had verloren. En dus waren zowel Omlandia als NEC Delfzijl een punt dichterbij gekomen. Wat dat resultaat voor waarde heeft gehad, moet over zeven wedstrijden blijken. Duels die voor beide teams als finales kunnen worden gezien.

Simon Schuil (Omlandia): ‘We hebben met name voor de rust een aantal goede kansen gehad, maar waren in de afronding niet zuiver genoeg. Verdedigend stonden we uitstekend en aan de bal waren we ook goed bezig. We hebben onszelf gewoon niet weten te belonen. Je zou kunnen stellen dat we in de tweede helft wat te gemakkelijk achteruit liepen, maar als ik heel eerlijk ben is er maar een ploeg die had moeten winnen en dat waren wij. We hebben op de bank wel weer aanknopingspunten gezien waar we mee verder kunnen.’

Roy Kamps (NEC Delfzijl): ‘Als je achteraf hoort dat SC Loppersum verliest, is het dubbel jammer dat we hier niet verder komen dan een remise. We wisten ons eigenlijk geen raad met het inzakken van Omlandia en onze voorwaartsen waren ook te statisch. Die kansen van Omlandia ontstaan omdat we zelf te weinig druk op de bal wisten te zetten. We gingen na rust wel wat beter spelen, maar de creativiteit ontbrak. Positief is wel dat we achterin de nul hebben vast weten te houden. We moeten nog zeven wedstrijden spelen. De handdoek in de ring gooien is er niet bij. Je zegt terecht dat het allemaal finales worden, maar dat soort wedstrijden ben ik wel gewend van mijn vorige club Noordwolde. Ik heb er nog alle vertrouwen in.’

* Omlandia – NEC Delfzijl 0-0.