Het sportpark Oldencate in Spijk, thuisbasis van vierdeklasser Poolster, is een fraai onderkomen rijker. Veel nieuwsgierigen waren op de opening van het clubgebouw annex sportzaal afgekomen om de vereniging de felicitaties over te brengen. En die waren op zijn plaats, want Poolster kan trots zijn op het resultaat van de verbouwing die ruwweg een jaar heeft gekost. ‘En we waren er ook wel aan toe’, vertelde voorzitter Hendrik Moesker nadat erelid Eltje Pijper letterlijk en figuurlijk een open deur had ingetrapt.
Het was nevelig en koud, maar binnen was het warm en gezellig. De bestuurders en vrijwilligers van Poolster glimmen van trots als door diverse clubs de felicitaties worden overgebracht. ‘We hebben er ons best voor moeten doen en een flinke dosis zelfwerkzaamheid meegebracht, maar het resultaat mag er zijn’, aldus Moesker. Hij verzorgt zelf een rondleiding door het gebouw, die gedeeld wordt met de aangrenzende school, die op het voormalige tweede veld van de voetbalclub is gebouwd. ‘Als je nou eens nagaat wat wij als dorp Spijk hier weten te bewerkstelligen. Dat is toch geweldig?’, zegt Moesker. Hij raakt niet uitgepraat over de vele technische snufjes, de prachtige wandschildering in de kantine en het beachvolleybalveldje dat niet zonder slag of stoot tot stand kwam. ‘Wij mogen hier als dorp en club heel blij mee zijn. We zaten natuurlijk wel in een rottijd, waarin de prijzen de pan uit rezen. Dat was wel even slikken, maar uiteindelijk loop je hier vol trots naar binnen. Voor mijn gevoel is dit het mooiste complex van de provincie Groningen’, zegt de preses.
De vereniging is nog lang niet klaar. Buitenom moet er nog het een en ander geregeld worden, maar ondertussen liggen er al weer nieuwe plannen bij de gemeente Eemsdelta op het bureau. ‘We hebben te horen gekregen dat er zeven miljoen euro voor Spijk beschikbaar komt en we moesten ruim denken wat we met dat geld wilden doen. Daarop hebben we meteen geanticipeerd. We willen graag een tweede kunstgrasveld en bijvoorbeeld een overkapping of misschien wel een tribune.’ Of het allemaal gerealiseerd kan worden? Moesker: ‘Daar reken ik niet op, maar als je groot moet denken, moet je niet te klein inzetten’’, vindt hij.
Verspreid in de volle kantine zit een aantal ereleden van Poolster, waaronder bijvoorbeeld Jan ‘ZoefZoef’ Brontsema, die in zijn tijd als voetballer bekend stond om zijn snelheid. Ook Peter Zandt was van de partij. De man die in 1997 de Noorderrondrit op de schaats reed en vervolgens zijn sporttas pakte om met Poolster een oefenwedstrijd in Appingedam te spelen. Ook Jan van der Ploeg keek zijn ogen uit. Hij dist moeiteloos een aantal anekdotes op uit de tijd dat hij elftalleider was, maar werd vooral bekend als vader van Jacob en Kees. Zijn twee zoons die een meer dan verdienstelijk balletje konden trappen. Voor Ria van Kooten, die net als alle anderen heel wat functies heeft ingevuld, hoeft die aandacht allemaal niet zo. Zij is het ‘jongste erelid’ van de vereniging en ziet in haar zoon Peter de familietraditie voortgezet dat je wat voor je club moet doen. En wat te denken van bijvoorbeeld Eltje Pijper. Hij was vanaf de eerste dag van de realisatie bij de nieuwbouw betrokken en verwoord het mooi als hij zegt dat zo’n complex toch ‘een stukje van jezelf’ wordt. Pijper mag de openingshandeling dan ook verrichten en schiet ten overstaan van alle bezoekers een bal de kantine in.
Na de formele handelingen is het netwerken geblazen en kijkt Moesker met een tevreden gevoel terug op de avond. Hij concludeert dat het op alle vlakken goed gaat met Poolster. ‘Maar we moeten realistisch blijven. Het gaat overal wat minder met het voetbal, maar als je ziet dat we nu een meidenteam kunnen samenstellen, dat het met de jeugd goed gaat en dat ons eerste elftal er momenteel ook prima voor staat? Dan mogen we zeker niet klagen. We hebben de wind zeker in de zeilen. Absoluut.’