Danny Blaauw (33) is een doelpuntenmaker van formaat. Onlangs maakte hij namens SC Scheemda zijn 300e competitiedoelpunt voor een eerste elftal. De doelpuntenhonger van de goalgetter is nog lang niet gestild en het seizoen is nog maar halverwege. Wie weet wat er nog meer in het vat zit voor de man die nog steeds door topamateurclubs wordt begeerd. ‘Misschien haal ik de vierhonderd wel’, aldus de sportschooleigenaar.
door Kees Bouma
Toen Danny Blaauw een kleine jongen was en op voetbal werd gedaan door zijn vader zat het scoren er al in. Hij bleek een geboren spits. Hij komt dan ook uit een echte voetbalfamilie. Zijn opa was Willie Siemens, speler van het legendarische team van MOVV, dat in de jaren zestig van de vorige eeuw in de hoogste amateurklasse speelde. Ook vader was een echte voetballer, onder meer bij Neptunia en MOVV. Danny heeft twee jongere broers. Dat zijn Robbin en Jordi, eveneens voetballers van formaat. Over zijn zes jaar jongere broer Jordi zegt de goaltjesdief: ‘Hij staat nu op 274 goals, allemaal voor MOVV. Ik denk dat hij wel in de buurt van het legendarische record (544 competitiegoals) van Frikadellen Freddy de Grooth.’
Na een succesvolle en onbekommerde jeugd bij MOVV en SC Scheemda, waar hij heen ging omdat MOVV geen jeugdelftal in zijn leeftijdsklasse had, vertrok Danny Blaauw op 16-jarige leeftijd naar BV Veendam. Hij deed zijn best uiteraard, maar hield ook van andere dingen, Van bijvoorbeeld discotheken en wat aandacht van de buitenwereld. Na een paar jaar zat het avontuur erop en de jongeling vertrok naar eersteklasser Appingedam. Daar ging het aanvankelijk goed: ‘In de eerste competitiewedstrijd uit bij Germanicus scoorde ik meteen een belangrijke goal. Later scheurde ik mijn hamstring en ben er lang uit geweest. Bij Appingedam waren er toen allerlei financiële problemen en opeens was een flink deel van de selectie vertrokken. Aan het eind van dat jaar ben ik ook gegaan. Een jaar later stopte Appingedam met zondagvoetbal en spelen op niveau.’
Honderd doelpunten in twee seizoenen wekte opnieuw de belangstelling van Veendam
Blaauw ging terug naar SC Scheemda. Voetballen met jongens die hij van school kende. Het werden ongekend succesvolle jaren. De ploeg promoveerde twee jaar op rij, van de vierde naar de tweede klasse. Ook voor de spits waren het, cijfermatig in elk geval, topjaren. In twee seizoenen schoot hij het onwaarschijnlijke aantal van 100 doelpunten bij elkaar. In de reguliere competitie waren dat er 83, in de beker 9 en in de nacompetitie was het 8 keer raak. Het bracht SC Scheemda naar de tweede klasse en herinneringen aan de legendarische jaren met de vroegere zaterdagclub CVSB kwamen in Scheemda weer boven.
Hij vertrok echter na de tweede promotie op rij. De belangstelling van BV Veendam was opnieuw gewekt. Danny probeerde het nog een keer: ‘Toen heb ik er alles aan gedaan. Ik leefde er voor, at gezond en ik zou de eerste wedstrijd van de competitie tegen Sparta in de basis staan. Toen brak ik de woensdag ervoor mijn sleutelbeen bij een wedstrijdje van niks in Meeden en vlak voor de winterstop ben ik weer bij SC Scheemda gaan voetballen. Achteraf was dat verstandig, want Veendam ging failliet en ik had gelukkig mijn baan nog. Ik was getipt door een bestuurslid, dat het er financieel slecht voor stond.’
De degradatie van Scheemda was echter niet meer te voorkomen. Danny Blaauw vertrok naar MOVV, de club waar zijn roots liggen, onder meer om samen met zijn broer Jordy te voetballen. Ook daar scoorde hij aan de lopende band, zoals in het seizoen 2013/2014 toen hij 26 treffers liet registreren. Door de gezinssituatie, getrouwd en drie kinderen, koos hij in 2018 opnieuw voor het zaterdagvoetbal en keerde andermaal terug naar SC Scheemda. In de volgende 70 wedstrijden, van september 2018 tot op heden, knalde Danny Blaauw het ongelooflijke aantal van 97 competitietreffers tegen het net. Een gemiddelde van 1,38 per duel.
Wat maakt jou een topschutter?
‘Ik heb uiteraard wel een neusje voor de goal. Ik moet het hebben van techniek en souplesse, ik ben geen beuker. Ik kan wel met beide benen scoren, maak wel kopgoals en blijf rustig voor de goal. Ik ben niet echt snel, was dat wel het geval, dan was ik nu miljonair geweest.’
Ben je chagrijnig als jullie 2-1 winnen en jij niet scoort?
‘Nee, hoor. Ik vind een doelpunt maken hartstikke leuk, maar van een assist geven word ik ook blij. Winnen vind ik veel belangrijker dan doelpunten maken. Toen ik jong was had ik dat ook al. Maar als je in de spits staat, heb je nu eenmaal de grootste kans van het team om een goal te maken.’
Wat was de mooiste goal van de driehonderd die je hebt gemaakt?
‘Tegen Glimmen, een omhaal na een strakke voorzet. Toen werd het 2-1 in de 80e minuut, zo’n moment helpt ook mee. Vorig jaar scoorde ik tegen VVS vlak voor tijd de winnende goal en de televisie was er bij, dat is dan wel iets wat ik me blijf herinneren. Ik ben overigens nooit zo met die goals bezig hoor. Mijn vader moest me er op wijzen dat ik op driehonderd treffers stond. Ik wist het zelf niet eens.’
Welke spelers hebben jou de meeste assists bezorgd?
‘In mijn eerste periode bij SC Scheemda Chris van Vegten, Folly Oosterhuis, die de gaten trok en Christiaan Koerts, die ook bij Appingedam heeft gespeeld. In de huidige selectie is het wel divers.’
Aan welke trainers heb je goede herinneringen?
‘Dick Lukkien was bij Veendam, toen ik daar in de jeugd speelde. Dat is een hele goede trainer. Je kon toen al wel zien, dat hij de top zou halen. Met Guus Zantinge in mijn eerste periode bij SC Scheemda heb ik mooie jaren gehad. Cor Groeze vond ik ook een hele goede trainer, maar die had wat pech. Hij kwam op een verkeerd moment binnen. Verder heb ik Duurt Dijkman gehad en nu trainen we onder Gerrie Drent, niet eens zoveel eigenlijk.’
Wie is de beste speler waar je mee samen hebt gespeeld?
‘Op professioneel niveau Jeroen Zoet en Ruben Schaken, hoewel ik bij de laatste niet het gevoel had dat hij het Nederlands elftal zou halen. Tom Overtoom, die nu bij Telstar speelt, vond ik een hele mooie voetballer. Hij leek op Messi, zowel fysiek als qua voetballer. Ik hou van spitsen die hun eigen kansen kunnen creëren. Ik hou ook van druk zetten en echt voetballen. Niet van afwachten en counteren, hoewel dat voor mijn spel het beste is. Bij de amateurs van MOVV was Gerhard Offringa de beste en ook mijn broer Jordy. Bij Scheemda is dat Christiaan Koerts. Mijn andere broer Robbin was ook een goede voetballer trouwens.’
Word je niet vaak gevraagd of je hogerop wilt voetballen?
‘Ja, ik word elk jaar wel door een topamateurclub benaderd, maar ik heb er geen trek meer in. Ik speel graag op zaterdag, zodat je zondags wat tijd voor andere dingen hebt. En als je in de kantine zit, hoef je er niet om te denken dat je de volgende dag weer moet werken.’
Wanneer promoveert SC Scheemda nou eens weer?
‘Ja, dat wordt tijd. Corona heeft een keer roet in het eten gegooid en vorig seizoen hebben we het zelf verklooid. Ik hoop dat het dit seizoen gaat gebeuren. We hebben een voetballend elftal en komen een klasse hoger beter tot ons recht.’
Hoe lang ga je nog door?
‘Ik vind het nog steeds leuk. Die 400 kan ik wel halen. Als ik gemiddeld 25 per jaar reken, kom ik in de buurt. Ik ga nog wel een tijdje door. Ik moet wel fit blijven natuurlijk. Ik train momenteel maar één keer, omdat mijn vrouw op dinsdag werkt. Maar ik train graag hoor. Jordy kan wel op de 500 gaan jagen, ik doe dat niet.’
Wil je nog wat kwijt?
‘Ja, graag. In januari ga ik op maatschappelijk gebied een grote stap zetten. Samen met mijn vrouw Anouk hebben we Sportschool Scheemda overgenomen. Anouk is diëtist en gaat op dat gebied mensen begeleiden en ik ga – met mijn topsportachtergrond – veel personal training geven. De sportschool heeft al een naam en dat is DAB’23, dat staat voor Danny en Anouk Blaauw en het startjaar 2023. Ik heb er veel zin in.’