Mijn bijna wekelijkse gang naar een vereniging, in welke tak van sport dan ook, wil nog wel eens verder reiken dan de bestuurskamer. Maar al te graag zoek ik de verhalen achter een club op. Wat bezielt mensen om te doen wat ze daar doen. Sportende en niet sportende leden die getrouw contributie betalen. Hun ziel en zaligheid in de vereniging stoppen. In ruil voor….
Afgelopen weekend kreeg ik een aardig inkijkje bij vijfdeklasser SV Woltersum, dat competitiegenoot Usquert op bezoek kreeg. Een duel waar de echte supporter nog wel een zondagmiddag voor uit wil trekken, maar ook een confrontatie die zich normaliter in de anonimiteit voltrekt. Waarvan je later alleen maar de uitslag terug kunt vinden.
Woltersum staat in de volksmond nog altijd bekend als het ‘Olle Egypte.’ Een verwijzing naar vreemdelingen, heidenen en zigeuners. Ik heb ze er zondagmiddag niet aangetroffen. Het dorp lag heel vroeger op een kruising van handelswegen. De handelslieden kwamen uit alle windstreken naar het kneuterige dorp waar een kleine vierhonderd mensen wonen. Dorpshuis De Bongerd wordt gezien als een belangrijke ontmoetingsplaats van de dorpelingen. Het is deels ook de thuisbasis van SV Woltersum, dat er een kantine en kleedkamers heeft en meer is dan alleen maar een voetbalclub.
Als je het sportveld van de vijfdeklasser betreedt, valt op dat alles er keurig en verzorgd uitziet. In de eerste de beste mast hangen een paar knoeperds van luidsprekers met genoeg decibels om, in geval van een gunstige wind, de naburige dorpen Ten Boer en Wittewierum te bereiken. Qua reclameborden mag de club ook niet klagen. Er blijkt voldoende animo te zijn om rond het veld te adverteren. Ik krijg niet eens de kans om een gesprekje met coach René de Vries van het eerste elftal aan te knopen. ‘Kan ik u een kopje koffie aanbieden?’, wordt mij gevraagd. Ik bedank de dame in kwestie vriendelijk en zeg dat ik zo in de kantine kom om dit aanbod te verzilveren.
Nadat alle administratieve plichtplegingen zijn voltooid en de koffie is opgehaald, merk ik wel dat ik niet de enige ben die dit duel wil bekijken. Er blijkt een regionale krant te zijn en zelfs de lokale omroep van de stad Groningen is van de partij. ‘Dat belooft wat te worden. Zoveel aandacht van de media krijgen we anders nooit’, zegt de in Turkije geboren Adem Secer die inmiddels achttien jaar vlakbij het voetbalveld woont, daar ook de nodige wedstrijden heeft gespeeld, teammanager is van het tweede team van SV De Heracliden en de scheidsrechtersfluit ook al vaak ter hand heeft genomen.
Iedereen maakt zich op voor het tweegevecht. De nerveus aan zijn sigaret lurkende coach Jan Blaauw van Usquert is er niet gerust op. Hij mist belangrijke spelers. Zijn collega René de Vries kampt met het zelfde probleem. Gedurende het duel wordt snel duidelijk dat Usquert niets in de melk heeft te brokkelen. Bij SV Woltersum blijken zelfs mannen als de 44-jarige George Dimov, Gert van Dijk (54), Jan Bouwman (54) en Rudy Bakker (36), die overigens nog een goaltje meepikt, dit niveau nog wel aan te kunnen. De extra kilo’s die ze meeslepen lijken hen totaal niet in de weg te zitten. En als Usquerder spelers zelf al aangeven dat ze naweeën ondervinden van een avondje doorzakken? Of een ongetraind ogende goalie zo vriendelijk is om een paar keer opzichtig de fout in te gaan? Tja, dan is de thuiszege van het overigens voor dit niveau redelijk verzorgd spelende SVW wel verklaard.
Terwijl Mohamet Keita van Usquert laat zien dat je beter opzij kunt stappen als hij een vuurpijl afschiet, komt langs de zijlijn ter sprake dat het eigenlijk niet meer van deze tijd is dat er mensen moeten worden opgesteld die ‘de kampioenen van de derde helft’ worden genoemd. Diep in hun hart misschien ook wel weten dat het verre van gezond is om puur uit oogpunt van clubliefde je trainer de helpende hand toe te steken. En het toch doen. De handschoen oppakken.
Hoe je er ook tegen aan kijkt, je kunt alleen maar waardering voor dat soort spelers hebben. Ondanks mijn neiging om de ogen te sluiten als twee van die met hun club letterlijk en figuurlijk meegegroeide voetballers het duel om de bal opzoeken. Je kippenvel krijgt bij de gedachte welke mogelijke gevolgen een dergelijke clash zou kunnen hebben. Ik kan mijn ogen rustig open houden. Een gebrek aan balcontrole bij het duo zorgt er voor dat het probleem zich vanzelf oplost.
Voorzitter Addie Dost van SV Woltersum heeft eveneens veel respect voor de ‘oude garde.’ Hij vindt hen ‘het schoolvoorbeeld’ van spelers die alles voor hun club over hebben. De preses weet ook dat het steeds zwaarder wordt om alles in de benen te houden. De afgelopen twee jaar zijn er volgens hem door de corona-perikelen ook niet beter op geworden. ‘Het steeds opnieuw opstarten van trainingen en wedstrijden is niet gemakkelijk. Door blessures en corona moeten vandaag maar liefst zeven spelers van het eerste elftal verstek laten gaan. Dat gat moet worden opgevuld door spelers van het tweede elftal, waarvan een aantal aardig op leeftijd is.’
De preses beseft heel goed dat het een teken aan de wand is dat voetbalclubs in een betrekkelijk klein dorp gedwongen worden om een beroep op hen te doen. Dost: ‘Ja, dat klopt. Dat komt mede doordat het steeds moeilijker wordt genoeg spelers te behouden of te krijgen. De jeugd heeft tegenwoordig veel meer te kiezen dan vroeger. Toen was het voetbal of gymnastiek. Nu is iedereen veel mobieler en maken ze vaak andere sportkeuzes.’
Aan het einde van de tunnel gloort wat licht voor de SVW. Twee jaar geleden besloot men samen met het Garmerwolder GEO een SJO op te zetten om de jeugd aan het voetballen te houden. Dost: ‘Dat is een goeie zet geweest. We hebben samen met GEO vier jeugdteams en de samenwerking is voortreffelijk.’ Wat dit in de toekomst gaat opleveren? Dost weet het niet, maar hoopt diep van binnen dat een aantal spelers op deze manier voor SV Woltersum behouden zal blijven. Omdat ook hij deksels goed weet dat mensen als Bouwman, Bakker en Van Dijk vroeg of laat zullen, of misschien wel moeten zeggen dat het mooi is geweest. En dat moment komt steeds dichterbij.
Daar wilde op deze zondag echter niemand aan denken. Welke spieren er daags later ook allemaal pijn hebben gedaan en hoeveel tijd het ook heeft gekost om van dit treffen te herstellen, na negentig minuten stond er op het fraaie elektronische scorebord wel een 4-1 eindstand in het voordeel van de gastheren en toverde men bij SV Woltersum een brede grijns op het gelaat. Nadat ook de interviews op papier waren vastgelegd en ik het sportveld achter me had gelaten, kon ik maar één ding concluderen. Ondanks de onzekere toekomst en de beperkte middelen en mogelijkheden waarover de SVW beschikt, heeft de vereniging in het ‘Olle Egypte’ de zaakjes goed voor elkaar.